Terug naar overzicht

Van zaadje tot slaatje

IVN Overijssel
Natuureducatie, Natuurbeleving

Waarom ‘Van zaadje tot slaatje’?

Scholen en kinderopvang/BSO zijn alleen open voor een klein aantal kinderen. School moestuinieren ligt stil, terwijl het groeiseizoen van start gaat. Veel kinderen krijgen online les en/of doen online activiteiten. Wij willen kinderen thuis een praktische en waardevolle moestuinervaring bieden: ‘Van zaadje tot slaatje’. Waarbij we kinderen helpen om op eenvoudige wijze in een paar weken tijd een eigen salade te kweken. In de eigen tuin, op het balkon of desnoods voor de vensterbank. Kinderen leren op speelse wijze zaaien, verzorgen, oogsten, bereiden en smullen!

Wat kunnen we verwachten?
We maken korte, instructieve en vrolijke filmpjes voor kinderen. Twee keer per week verschijnt er een filmpje. Op www.ivn.nl/van-zaadje-tot-slaatje vind je naast de links naar de filmpjes ook allerlei ondersteunende informatie.
Iedere maandag komt er een nieuw instructiefilmpje online. Met daarin ook beelden uit de EMS film die later dit jaar in première gaat: ‘De moestuin – een jaar rond met je handen in de grond’. Iedere donderdag reageren we op één of enkele vragen van kinderen.

Meer over deze campagne


Wanneer loopt de campagne?
De campagne is vanaf deze week online! In het eerste filmpje roepen we iedereen op met ons mee te gaan doen.
‘Van zaadje tot slaatje’ loopt in elk geval door tot begin mei. Waarschijnlijk gaan we door tot 1 juni.

Voor welke leeftijd is ‘Van zaadje tot slaatje’?
Met de filmpjes richten we ons vooral tot kinderen tussen 7 en 11 jaar. Maar eigenlijk kan iedereen die het leuk vindt aanhaken! We hopen stiekem op een heuse mini moestuinrage!

Wat kan ik doen?
We bereiken de kinderen niet of nauwelijks zelf maar hebben ouders/verzorgers nodig. En daarbij kun je helpen. Door in je eigen omgeving/ je eigen netwerk mensen enthousiast te maken voor ‘Van zaadje tot slaatje’. En hen op te roepen (andere) ouders/verzorgers te stimuleren mee te gaan doen. Denk uiteraard aan mensen in de kinderopvang en het basisonderwijs. Maar gebruik ook en vooral je specifieke, lokale/regionale/landelijke ingangen via welke we de kinderen kunnen bereiken.